Pacemaker implantatie

De pacemaker is een apparaatje dat ervoor zorgt dat het hart in het juiste ritme blijft kloppen. Meestal is een pacemaker nodig als het hartritme te langzaam is. De pacemaker heeft een sensor die voortdurend het hartritme bewaakt. De pacemaker geeft stroomstootjes af om het hart weer in het juiste ritme te krijgen.

Afdeling

U kunt hiervoor terecht bij

Informatie

Er zijn verschillende soorten pacemakers. De arts bepaalt welke voor u het meest geschikt is.

Voorbereiding

U wordt één dag van tevoren of op de dag van de ingreep opgenomen op afdeling Cardiologie van het Flevoziekenhuis. De verpleegkundige informeert u verder over het verloop van de opname. Er worden een aantal onderzoeken gedaan:

  • ECG (hartfilmpje) op de dag van opname;
  • Bloedonderzoek;
  • Röntgenfoto van het hart en longen (alleen wanneer in de afgelopen zes maanden geen foto is gemaakt);
  • Meten van bloeddruk, pols, temperatuur, lengte en gewicht.

Een verpleegkundige of arts brengt een infuusnaaldje in aan de zijde waar de pacemaker komt.

Nuchter zijn

Afhankelijk van het tijdstip van de ingreep mag u niets meer eten of drinken. Als u ’s ochtends geholpen wordt, mag u niets meer hebben vanaf middernacht (0.00 uur). Als u ’s middags geholpen wordt mag u nog een licht ontbijt, bestaande uit thee met een beschuitje.

Behandeling

De ingreep is op de hartkatheterisatiekamer:

  • U krijgt een operatiejasje aan.
  • Sieraden moet u af doen.
  • Als u een bril draagt, dan mag u deze ophouden.
  • Als u een gebitsprothese draagt, zoals een kunstgebit, mag u deze inhouden.

Een uur voor de ingreep zal een verpleegkundige antibiotica via het infuusnaaldje toedienen. Geeft u vooraf duidelijk aan als u allergisch bent voor bepaalde antibiotica. Voor de ingreep is het belangrijk om nog even naar het toilet te gaan. Een verpleegkundige brengt u naar de hartkatheterisatiekamer.

De implantatie

De cardioloog brengt de pacemaker in. Voor de ingreep wordt u plaatselijk verdoofd. Het duurt afhankelijk van het type pacemaker 1 tot 2 uur. Tijdens de implantatie maakt de cardioloog onder de huid een ruimte (pocket) voor de pacemaker. De pacemakertechnicus doet tijdens de implantatie een aantal metingen.

Na behandeling

Na de implantatie

U mag de arm aan de kant waar de pacemaker is ingebracht de eerste 24 uur niet gebruiken en u moet minimaal 4 uur bedrust houden. Er volgen een aantal controle onderzoeken na de implantatie.

Verder wordt uw hartritme bewaakt met een speciaal kastje en wordt de wond gecontroleerd.

U mag na de implantatie kort douchen met de douchebestendige pleister die gebruikt is om de wond af te dekken. Echter als de wond gelijmd is, dan is een pleister niet nodig en kunt u gewoon douchen. Als de pacemaker goed is ingesteld, de röntgenfoto goed is en u geen koorts heeft, mag u naar huis.

Contact

Heeft u vragen of wilt u een afspraak maken? Neem dan contact op met de afdeling Cardiologie via 036 868 87 19.

Deze website maakt gebruik van cookies

Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.

Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.