Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.
Menopauzepoli
Meerdere klachten
De menopauze is het einde van de vruchtbare levensfase. De eierstokken worden langzamerhand minder actief, de menstruaties veranderen en houden uiteindelijk op. Ook kunnen er lichamelijke klachten zijn. Onregelmatige of langdurige bloedingen veroorzaken soms bloedarmoede en moeheid. Hiervoor bestaan goede en vaak simpele behandelingen. Opvliegers en nachtzweten verstoren de nachtrust, wat kan bijdragen aan verergering van psychische klachten, zoals gejaagdheid of futloosheid. Ook andere klachten komen voor, zoals spier- of gewrichtspijnen. Soms spelen er seksuele klachten, zoals minder zin in vrijen en pijnklachten ten gevolge van een droge vagina. Gelukkig hebben de meeste vrouwen geen overmatige last van overgangsklachten. Maar andere vrouwen hebben zo veel overgangsklachten, dat zij niet meer goed kunnen functioneren. Ook vrouwen die na een behandeling voor borstkanker plotseling in de overgang zijn gekomen, zijn welkom op de Menopauzepoli.
Met of zonder hormonen
We onderzoeken bij elke vrouw met hinderlijke klachten of de klachten door de overgang veroorzaakt worden. Is dat het geval, of speelt er iets anders? Daar nemen we de tijd voor. Als het overgangsklachten zijn, geven we informatie over de voor- en nadelen van mogelijke behandelingen, met of zonder hormonen. Klachten van opvliegingen en nachtzweten zijn vaak goed te verhelpen met een behandeling met hormonen. We bespreken vragen en zorgen van vrouwen over hormoongebruik en geven informatie over de voor- en nadelen. Daarnaast geven we ook adviezen over een gezonde levenswijze en behandeling met niet-hormonale middelen. Eventueel is verwijzing naar de internist-endocrinoloog mogelijk.