Deze website maakt gebruik van geanonimiseerde cookies om jouw gebruikservaring te optimaliseren en voor de analyse van onze website. Deze cookies kun je niet uitzetten. Bij het tonen en afspelen van YouTube video's worden cookies van derden geplaatst. Deze cookies van derden kun je wel uitzetten. Klik op "Akkoord" als je akkoord gaat met dit gebruik van cookies, klik op "Aanpassen" voor meer informatie en om zelf te bepalen welke cookies deze website plaatst.
Lucenda werkt in het Flevoziekenhuis als obstetrie verpleegkundige. Ze wist vanaf kleins af aan dat ze graag met mensen wilde werken en heeft er toen voor gekozen om de opleiding Verpleegkunde te gaan doen. Ze is begonnen met werken in Amsterdam en al vrij snel kwam ze terecht op de afdeling Verloskunde. Inmiddels werkt ze alweer vier jaar op de afdeling Verloskunde in het Flevoziekenhuis. Ze werkt hier in de verloskamers, op de kraamafdeling en op de zwangere afdeling. “Hier ligt echt mijn hart” vertelt Lucenda. Op de afdeling Verloskunde werken zo’n 70 verpleegkundigen. 30 hiervan zijn obstetrie verpleegkundigen.
Wat doe je als Obstetrie verpleegkundige?
‘Als obstetrie verpleegkundige ben ik verantwoordelijk voor alle verpleegkundige zorg rondom een zwangerschap. Dit kan echt van alles zijn. Denk aan een zwangere die 20 weken zwanger is en opgenomen is, een vrouw die bloedverlies heeft, iemand die te vroeg gaat bevallen, pijn heeft, de baby niet (goed) voelt bewegen. Het kan echt van alles zijn. Ook ben ik vaak betrokken tijdens bevallingen. Het leuke aan mijn werk is, dat ik mensen mag bijstaan in dit bijzondere moment in hun leven. Meestal gaan de zwangerschap en bevalling goed en dan vind ik het heerlijk om de kersverse ouders op weg te helpen en ze het zelfvertrouwen te geven dat ze het goed doen. In sommige gevallen gaat het helaas minder goed en hebben we te maken met veel verdriet. Ook dan wil ik er zijn voor de ouders en ze de begeleiding en zorg geven die ze op dat moment nodig hebben.
Hoe gaat dat in het Flevoziekenhuis?
In het ziekenhuis hebben wij een speciale werkgroep. Deze werkgroep bestaat uit meerdere verpleegkundigen, die in het bijzonder aandacht hebben voor baby’s die in de baarmoeder zijn overleden. Wij regelen binnen deze werkgroep (op de afdeling) de logistieke zaken rondom het overleden kindje. Zo is er bijvoorbeeld altijd een verpleegkundige aanwezig op het moment dat de moeder wordt ingeleid en tijdens de geboorte. Dit hoeft niet speciaal iemand van de werkgroep te zijn. Nog een voorbeeld is dat wij streven naar één op één zorg. Dit houdt in dat we als verpleegkundige één vrouw tegelijkertijd bijstaan tijdens de bevalling. Praktisch gezien mogen wij twee barende vrouwen tegelijk helpen, maar één op één is altijd het prettigst.
Waarom is de Baby Loss Awareness Week zo belangrijk?
Het is belangrijk om het bewustzijn bij mensen te creëren dat babysterfte er is. Als ouders zoiets mee maken, is dat echt heel heftig. Het is zo mooi om te zien als een zwangerschap goed gaat, maar daarentegen is het ook zo belangrijk om aandacht te geven aan gevallen waar het niet goed is afgelopen. We willen uitdragen dat het oké is om het verdriet te voelen en dat ook deze kindjes niet worden vergeten. Ondanks dat het kindje op dit moment niet bij de ouders is. Het feit dat deze week landelijk wordt ingestoken biedt hopelijk een stukje herkenning en wellicht verlichting in het (rouw)proces.
Hoe vaak komt het voor dat een baby overlijdt bij ons?
Het gebeurt zo’n 40 keer per jaar dat kindjes het helaas niet halen tijdens de zwangerschap of de bevalling zelf. Dit zijn kindjes vanaf 16 weken tot 41 weken. Kindjes die voor de 16 weken overlijden worden ook wel een miskraam genoemd. Dit getal ligt nog veel hoger.
Wat doet dit met jou als verpleegkundige?
Ik heb nu een aantal keer meegemaakt dat ik echt aanwezig was en we erachter kwamen dat het kindje niet meer in leven was. Daarnaast komt het vaker voor dat ik met de zorg eromheen te maken heb. Dat er bijvoorbeeld net voor mijn dienst een kindje dood is geboren. Dan ben ik daar zelf niet bij geweest, maar schiet ik wel meteen te hulp in alle nazorg. Van praktische zaken tot het aanbieden van een luisterend oor. Ook voor ons als verpleegkundigen is dit heftig. Het verdriet van ouders en familie, de leegte en stilte die je op dat moment voelt, doet echt wel wat met mij. Ik voel mij dan extra verantwoordelijk en gemotiveerd om de ouders de juiste zorg te bieden.
Hoe zorg je dan dat het je niet te veel wordt?
Ik voel met ouders mee, maar zorg ook dat het verdriet niet te dicht bij komt. Anders kan ik mijn werk niet meer uitvoeren. Ik probeer het voor mijzelf op het werk te laten, en de gedachtes niet mee naar huis te nemen. Al is dat echt niet altijd mogelijk, wij zijn ook maar mensen.
Hoe ondersteunt het ziekenhuis ouders?
Wij zien ouders altijd relatief kort. Vaak is dit maximaal twee dagen. Het contact is intensief, maar wij maken maar een klein stukje van het hele (rouw)proces mee. Wij bespreken alle mogelijkheden met ouders en proberen ze te begeleiden in de keuzes die zij moeten maken. Ook bieden wij nazorg aan middels een verwijzing naar bijvoorbeeld een geestelijk verzorger of een psycholoog.
Wat doet het Flevoziekenhuis in de Baby Loss Awareness week?
Deze hele week kleurt de buitengevel van het ziekenhuis roze en blauw, de kleuren die symbool staan voor de Baby Loss Awareness Week. Ook hebben wij een gedenkboom en een gedenk plek gemaakt waar – voor wie dat wil – we stil kunnen staan en alle vlinderkindjes kunnen herdenken. Er hangt een slinger waar je een vlinderkaartje kan ophangen met bijvoorbeeld een naam, of een stukje tekst. Ik vind het mooi om te zien dat we ons met zijn allen hiervoor inzetten!